Blog Rik Jacobs ‘On(dernemend) kruid’
Vandaag is de eerste zomerse zondag na een koud en winderig voorjaar. De langste dag nadert, maar Moeder Natuur tovert nog met haar heldere en intense kleurenpalet. Dieprood en donkerroze pioenen. Het blauwpaars van de clematis slingert zich omhoog, ogenschijnlijk vanuit het niets, knalgele weet-ik-veel-wattes richten zich naar de zon. Als je woont zoals ik, middenin de polder en omringd door water, kun je alleen maar zuchten van geluk.
Niets menselijks is mij echter vreemd, ik zie vooral de hoeveelheid werk aan een groeiend en bloeiend erf. En als ik u dan vertel dat ik van de plukschool ben (hier en daar vuiltjes wegtrekken in de hoop dat ze het vanzelf een keer opgeven) en niet van het schoffelgenootschap dan snapt u dat irrigatie en beregening niet op de prioriteitenlijst staan. Als je de natuur haar gang laat gaan, laat je de natuur haar gang gaan. Goed, de pioenen gaan dood, het was toch al hun tijd. De clematis droogt op, die komt volgend jaar wel weer terug en die gele dingen geef ik blijmoedig prijs om het onkruid te laten verdorren. Die filosofie. Daar ben ik van.
Er is echter één uitzondering. Zevenblad. Als ik eenmaal dáármee aan de gang ga, kan ik niet meer stoppen. Dan móet dat stelsel van spaghettislierten blootgelegd worden. Elke loot is een uitdaging om een zo lang mogelijk tentakel, zonder af te breken, te volgen tot het volgende knooppunt. De enige die mij nog kan stoppen, is mijn onderrug. Pas wanneer de wervels het uitschreeuwen en de spieren beginnen te krampen, is het genoeg. Of nee. Toch niet. Nog even doorgaan. Net zo lang totdat de kinetische ketting daadwerkelijk op breken staat. Maar dan de voldoening als de grond omwoeld en stengelvrij overblijft! Wetend dat met een beetje mazzel het hele circus onder dat zwarte laagje aarde alweer opnieuw aan het vlechten is geslagen en ik over een tijdje weer gebogen, holle rug, Rik, hólle rug, over de perken sta.
Ziet u de parallellen met het notariaat? Het graven, het blootleggen van verborgen verbanden, vertakkingen die op niets uitlopen, maar ook ingewikkelde knopen om te ontwarren. Ik herken, terwijl ik krakend en kreunend overeind kom, de balans van complexiteit, volhardendheid en toch ook een beetje de naïviteit. Zíe waar de schone schijn onder de oppervlakte verdwijnt. Heb enorme waardering voor de schoonheid van het bovengrondse en het slimme stelsel daaronder, dat gericht is op overleven van de soort. Ik kan niet anders dan mijn bewondering uitspreken voor een ondernemend kruid als het zevenblad. En daarmee geef ik u, beste lezer, een weliswaar wat bemodderd klopje op de schouders. Knap gedaan, iets moois maken met hard werken, veerkracht en netwerken. Voeten in de grond, vasthouden aan elkaar en reiken naar de zon…
Er is echter ook een belangrijk verschil. Waar het onkruid met veel pijn en moeite wordt onderdrukt, zet ik al mijn kracht en kennis in om het zaaigoed stevig te wortelen en verder te versterken. Klaar om stormen te doorstaan.
Hartelijke groet,
Mr. Jacobs VMN
r.jacobs@zaannotarissen.nl